Ik kom bij een splitsing, ik bepaal mijn looproute...
Ik kies drie zinnen die me op dit moment aanspreken in het thema verkleinen en vergroten.
Ik schrijf die voor mezelf op.
Ik schrijf die voor mezelf op.
Scheur ze in repen en leg ze onder elkaar.
Verschuif ze van boven naar beneden.
Verschuif ze van boven naar beneden.
Wat roept deze beweging op?
...
...

Ik vind de route niet erg duidelijk. Heb ik een bordje gemist? Ik verscheur ze voor de zekerheid als een boterham
en laat stukjes achter....
en laat stukjes achter....
Ik scheur de zinnen die ik uitgekozen had in snippers van woorden, en geniet van het scheuren.

Daarna vraag ik me heel eventjes af waarom ik dit gedaan hebt....
en schrijf er iets over op.
en schrijf er iets over op.
Ik loop verder...
Verschuif de zin-snippers eens willekeurig van boven naar beneden, van plekje, in een rondje. Alles is goed.
Verschuif de zin-snippers eens willekeurig van boven naar beneden, van plekje, in een rondje. Alles is goed.
Wat zie ik gebeuren terwijl ik schuif, wat beweegt mij aan de woorden die ik in beweging breng?




Ik kies de kleinste broodkruimels en
ik kies 3 woorden.
Ik lees ze van links naar rechts en andersom.
ik kies 3 woorden.
Ik lees ze van links naar rechts en andersom.
Ik zie een relatie met een werk van mij en een werk van een klasgenote die ik van haar overgenomen heb,
na haar presentatie, omdat deze me zo raakte.
na haar presentatie, omdat deze me zo raakte.
Ik lees de woorden hieronder nog een keer en loop even de route een stukje terug....


